Shoot for the Moon
Astronaut worden: wie van ons heeft er nog nooit over gefantaseerd? Voor André Kuipers werd het werkelijkheid. Hij mocht tweemaal de ruimte in, voor in totaal 203 dagen. Wij spraken hem voor een inkijkje in het leven van een astronaut.
Kuipers begon als arts in 1987 bij de Koninklijke Luchtmacht. Daar deed hij onderzoek naar onder andere desoriëntatie onder piloten als gevolg van veranderingen in G-krachten. In 1991 begon hij met onderzoek bij de European Space Agency. Daar hield hij zich vooral bezig met fysiologische experimenten, onderzoek naar hoe lichamen van astronauten veranderen in zero gravity.
Kuipers was dus al aardig goed voorbereid op het astronautenleven toen in 1999 zijn droom werkelijkheid werd en hij zich officieel onderdeel van het Europese Astronautenteam mocht noemen. Maar de reis naar het ISS bleef nog een tijd uit: pas in 2004 ging hij ook echt de ruimte in, na maar liefst zeventien jaar aan voorbereiding. Het is een lange weg, maar hoe loop je die weg en wat voor obstakels kom je allemaal tegen?
Dierenartsen en testpiloten
Het belangrijkste advies: begin op tijd. ‘Je moet bedenken waar je over tien jaar wil zijn, en daar nu al de eerste stappen voor zetten,’ zegt Kuipers. ‘Astronauten kunnen uit alle takken van sport komen.’
Zo zijn er dierenartsen die de ruimte in gaan, maar ook testpiloten, ingenieurs en natuurkundigen. Het belangrijkste is dat je het leuk vindt, want dan kun je er ook echt goed in worden. Een kans om astronaut te worden kan van alle kanten komen, dus let daar goed op en zorg dat je je kans niet mist.
Zijn tweede advies is om jezelf nooit uit te schakelen. Als brildrager met nog maar een halve schildklier dacht Kuipers dat hij nooit astronaut kon worden, tot hij een astronaut met bril zag. Hij ging uitzoeken wat de eisen precies zijn en kwam erachter dat de schildklier wel moest werken, maar hij hoefde niet heel te zijn. Je moet gezond zijn, maar je hoeft echt geen topatleet te zijn.
‘Zeg nooit tegen jezelf dat je iets niet kan,’ vervolgt Kuipers. De kans is heel klein dat je geselecteerd wordt, maar niet nul. Ga het gewoon proberen. ‘Ik dacht: Als ik het niet probeer, dan krijg ik er spijt van. Dan blijf ik mijn hele leven denken: “Had ik nou maar…”’ En lukt het niet? Dan kun je altijd nog iets anders gaan doen. ‘Je moet altijd meerdere pijlen op je boog hebben.’
Proefkonijnen
En dan is het gelukt. Je bent astronaut en je missie staat gepland. Wat moet je dan verwachten? ‘Astronauten zijn proefkonijnen,’ zegt Kuipers. De experimenten beginnen al op de grond, met de baseline data collection. Botontkalking, je longfunctie, je evenwichtsorganen. Alles wordt bijgehouden, van ver voor je vlucht tot lang erna. Maar de interessantste data wordt natuurlijk verzameld tijdens je missie. ‘Het leukste experiment vond ik om mijn eigen hart met een echo in kaart te brengen. Je hart verandert van vorm omdat ook de hartspier verslapt, want je gebruikt je lichaam nauwelijks.’
Er zijn natuurlijk best veel dingen waar je aan moet wennen. ‘Het romantische idee van een ruimtereis is niet altijd de werkelijkheid,’ zegt Kuipers.
Het eerste wat je tegenkomt is ruimteziekte, een soort zeeziekte. Maar ook de vloeistofverschuiving door de afwezigheid van zwaartekracht en de pijn van het uitzetten van je tussenwervels maken de eerste dagen in de ruimte moeilijk. Als je daar eenmaal overheen bent, is het fysiek goed toeven in de ruimte. Psychisch is het nog wel wat zwaar. Er staat altijd een camera op je en je bent bang om fouten te maken. ‘Je kunt er echt een Big Brother-gevoel van krijgen.’
Mocht er iets fout gaan en je wordt echt goed ziek of je raakt gewond, dan zijn er altijd twee Crew Medical Officers aan boord. ‘Er is een klein ziekenhuisje aan boord.’ Heeft Kuipers daar zelf ook gebruik van gemaakt? ‘Ik moest om de zoveel tijd allemaal medische gegevens doorgeven, bijvoorbeeld een foto van je trommelvlies. Het was mijn eer als arts te na om niet een scherpe foto van mijn trommelvlies te maken, dus ik had veel te veel te zitten poeren. De volgende dag werd ik wakker met enorme pijn in mijn oren: een uitwendige oorontsteking.’
Vogelgeluiden
‘Astronauten zijn de handen en ogen van de mensen op de grond,’ vertelt Kuipers. Ze volgen procedures en voeren experimenten uit. Maar je moet ook goed kunnen improviseren. Zo kwam er tijdens een experiment een gasslang strak te staan, waardoor een stuk plastic afbrak. ‘Ik riep de grond op en zei: “Jullie hebben het al wel gezien, hè?” Ze hadden het nog niet gezien.’
Het reserveonderdeel voor de slang was niet op het ISS aanwezig. Met grey tape en een onderdeel van een ander experiment lukte het om de slang weer af te dichten. ‘Zo problemen oplossen was dan wel weer leuk.’
Maar het leven in het ISS is natuurlijk niet alleen maar zweven en experimenteren. Wat komt er nog meer kijken in de dagelijkse routine? ‘Astronauten moeten twee uur per dag sporten, want als je zweeft word je hartstikke slap.’ Aan boord hebben ze onder andere een fiets zonder zadel, waar je je schoenen aan vast maakt; een loopband met een harnas, ‘want anders ben je met één stap vertrokken’; en een apparaat dat gebruikt maakt van de luchtdruk om gewichtheffen te simuleren.
Ziekenhuis, sportschool, de grootste achtertuin die je je maar voor kunt stellen: in het ISS hebben ze echt alles. Of toch niet: ‘Het enige wat je niet hebt is natuur.’ Een paar kleine plantjes in een hoekje en een bestandje met vogelgeluiden waren zo dichtbij als de astronauten konden komen. Volgens Kuipers is het gemis het absoluut waard. Het is bijna magisch, zegt hij, daar ver boven de aarde.
Zweven en duiken
Dus wat zijn dan de bijzonderste ervaringen die een astronaut mee kan maken? Kuipers noemt direct drie dingen. Het eerste is het uitzicht. ‘In het begin ben je zo druk bezig. Pas als je even tot rust kunt komen, na een paar dagen, heb je door waar je bent.’ Daar speelt natuurlijk ook het Overview Effect een rol: pas als je de aarde verlaat, zie je hoe klein en mooi en kwetsbaar onze planeet is. ‘Je voelt ook dat je onderdeel bent van iets groters: van een zonnestelsel met een maan, Mars, en er waren zelfs kometen tijdens onze vlucht. Dat is fenomenaal.’ Astronauten doen dan ook vaak hun best om dat gevoel op mensen over te brengen, met onder andere Virtual Reality.
Als tweede noemt hij de zwevende vloeistoffen. Het spelen met een bol water of thee die voor je neus hangt, is niet te vergelijken met iets op aarde. ‘Dat is zoiets magisch, om dingen te doen met zwevende voorwerpen.’ Maar niets is zo magisch als het zweven zelf. ‘Ik droom daar af en toe nog van,’ zegt Kuipers. Hij vertelt over hoe prettig het is om jezelf met één vinger te kunnen verplaatsen. Het enige wat in de buurt komt, is duiken. Astronauten moeten dan ook duikers zijn. Onder water heb je dat gevoel van gewichtloosheid, daar kun je gewoon zomaar op de kop gaan hangen. Bij terugkomst voelt het alsof je aan de aarde geplakt zit, of alsof een magneet je altijd naar beneden aan het trekken is. ‘Maar de oplossing is onder water. Duiken. Iedereen die nog niet duikt, ga dat doen. Anders mis je de halve planeet.’ Wie weet er immers meer over hoeveel er te missen is aan onze planeet dan iemand die haar heeft verlaten?
Moonshots
In 2024 komen onder leiding van André Kuipers honderd astronauten van over de hele wereld naar Nederland voor Moonshots 24. Dit jaar is heel bijzonder, want alle studenten in Nederland zijn uitgenodigd om deel te nemen! Heb jij een goed idee om de planeet te helpen, de toekomst van de mens te vormen, bijzondere technologie uit te werken, je eigen AI te maken of nog iets veel buitengewoners? Je hebt nog tot januari om je aan te melden. Als jouw idee gekozen wordt, mag je het daarna een jaar lang uitwerken… samen met één van de astronauten! Meer weten? Kijk dan op hun website: https://moonshots24.nl/
0 Reacties
Geef een reactie